Daimler Truck Financial Services Belgium NV/SA

ARTIKEL 1 – VOORWERP
ENKEL VOOR CONTRACTEN VAN RENTING EN VERHUUR OP LANGE TERMIJN

1.1           De verhuurder verhuurt aan de huurder het voertuig beschreven in de bijzondere voorwaarden van onderhavig contract.

ENKEL VOOR CONTRACTEN VAN FINANCIERINGSHUUR (LEASING)

1.2           De verhuurder stelt aan de huurder het voertuig ter beschikking beschreven in de bijzondere voorwaarden van onderhavig contract en dit overeenkomstig de bepalingen  van het K.B. nr. 55 d.d. 10/11/1967.

1.3           In al deze gevallen werd dit voertuig speciaal door de verhuurder aangekocht met het oog op de terbeschikkingstelling ervan aan de huurder, en dit volgens de aanduidingen van deze laatste. Het voertuig zal uitsluitend bestemd zijn voor de beroepsdoeleinden van de huurder. De huurder verbindt zich er toe alle door de verhuurder opgevraagde info in het kader van hoger vermeld klantonderzoek (o.m. voor wat de identificatie van de uiteindelijke begunstigde(n) betreft), alsook alle latere wijzigingen ter zake aan de verhuurder mee te delen.

ARTIKEL – 2 CONTRACTSLUITING OPSCHORTENDE VOORWAARDE

Onderhavig contract komt tot stand op datum van ondertekening door de huurder onder opschortende voorwaarde van goedkeuring van het dossier door het kredietcomité van de verhuurder, alsook van de doorvoering door de verhuurder van een klantonderzoek in overeenstemming met de bepalingen van de Wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (o.m. met betrekking tot de identificatie en de verificatie van de identiteit van de huurder, zijn lasthebber(s) en zijn uiteindelijke begunstigde(n)) en het voldoen van de huurder aan de hieruit voortvloeiende verzoeken en verplichtingen

Tenslotte dienen ook alle contractueel voorziene waarborgen (hoofdelijke borgstelling,  waarborg in speciën, enz.) en een door de huurder ondertekende SEPA machtiging ter beschikking van de verhuurder worden gesteld.

ARTIKEL 3 – DUUR

3.1           Het contract is afgesloten voor de duur en de kilometerstand bepaald in de bijzondere voorwaarden. De uitvoering van het contract neemt een aanvang op de dag waarop het gehuurde voertuig ter beschikking van de huurder wordt gesteld. Vanaf deze datum zullen de huurprijzen en de bijzondere uitgaven verschuldigd zijn. Vanaf deze datum draagt de huurder tevens alle risico’s met betrekking tot het bezit, het gebruik en de bewaring van het gehuurde voertuig en dit tot op het ogenblik van de teruggave ervan.

3.2           Het gehuurde voertuig zal rechtstreeks door de leverancier aan de huurder worden geleverd. In geval het gehuurde voertuig niet geleverd is op de voorziene datum, zal de uitvoering van dit contract uitgesteld worden tot de datum van de werkelijke levering, zonder dat de huurder wegens deze vertraging enig verhaal kan uitoefenen tegen de verhuurder.

3.3           De huurder zal het gehuurde voertuig ten zijnen laste, risico en verantwoordelijkheid in ontvangst nemen bij de leverancier  en dit binnen de acht kalenderdagen volgend op de uitnodiging die hem hiervoor zal worden toegestuurd. De levering zal bevestigd worden door een tegensprekelijk opgesteld proces-verbaal van ontvangst, waarin vastgesteld wordt dat het gehuurde voertuig conform is aan hetgeen door de huurder besteld werd, en dat het vrij is van zichtbare gebreken en/of onvolkomenheden.

In het geval de huurder het voertuig later dan 8 kalenderdagen volgend op de hem toegestuurde uitnodiging in ontvangst neemt, behoudt de verhuurder zich het recht voor om alle uitgaven waartoe hij gehouden zou zijn aan de huurder door te rekenen.

3.4           De huurder zal tevens, voorafgaand aan of gelijktijdig met de terbeschikkingstelling van het gehuurde voertuig, het bedrag van de in de bijzondere voorwaarden bepaalde voorafbetaalde huur, namens de verhuurder, aan de leverancier voldoen. Het is de huurder bekend dat de verhuurder o.m. hierop de in artikel 4 omschreven prijs heeft bepaald. Dit contract kan niet stilzwijgend verlengd worden, behoudens andersluidend beding.

ARTIKEL 4 – PRIJS

4.1           De maandelijkse huurprijs en de maandelijkse bijkomende kosten zijn vastgesteld in de bijzondere voorwaarden en zijn vooruit betaalbaar door middel van een domiciliëring. De eerste huur zal prorata temporis worden gefactureerd vanaf de dag van de terbeschikkingstelling van het gehuurde voertuig tot en met  de laatste dag van de lopende maand. De laatste huur zal prorata temporis worden gefactureerd vanaf de eerste dag van de maand tot en met de einddatum van het contract.

4.2           De huurprijs wordt mede bepaald door de prijzen aangerekend door de leveranciers. In geval, tussen de aanvaarding van de offerte door de huurder en de ondertekening van het proces-verbaal van ontvangst van het voertuig, de leverancier een wijziging van de verkoopprijs van het voertuig, de opties, de toebehoren of één van de eventuele bijhorende diensten  dan wel van de verzekeringspremie doorvoert of de rente op de financiële markten verhoogt, is de verhuurder gerechtigd om de huurprijs of één of meerdere bestanddelen van de huurprijs, het bedrag van de huurwaarborg en de verzekeringspremie in verhouding aan te passen.

4.3           Alle facturen zijn contant betaalbaar. Op ieder niet op zijn vervaldag betaald bedrag zal de huurder van rechtswege en zonder ingebrekestelling een interest verschuldigd zijn, gelijk aan de interest bepaald in de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand, verhoogd met een forfaitaire vergoeding van 15,00 € ten titel van administratiekosten. Indien de verhuurder zich genoodzaakt ziet om, ter inning van zijn vorderingen, een beroep te doen op een derde partij, zullen ook de kosten hieraan verbonden ten laste van de huurder vallen. Deze buitengerechtelijke incassokosten bedragen 15% van de openstaande hoofdsom met een minimum van 290, 00 €. Geen enkele klacht of geschil van welke aard ook schorst de verplichting op tot betaling. Bij nietbruikbaarheid van het gehuurde voertuig, om redenen die niet rechtstreeks te wijten zijn aan de verhuurder (onder meer, doch niet uitsluitend: diefstal, beschadiging, averij, staking of oproer, herstelling of onderhoud, gebrek aan bruikbaarheid, technische gebreken), mag de huurder geen vermindering van de huur noch vergoeding eisen.

4.4           Alle huidige en toekomstige belastingen en taksen van welke aard ook, die verschuldigd zijn uit hoofde van onderhavig contract of die rechtstreeks of onrechtstreeks op het gehuurde voertuig geheven zouden worden, alsook elk geldelijk gevolg van iedere wijziging van het fiscaal regime, vallen ten laste van de huurder.

ENKEL VOOR CONTRACTEN VAN VERHUUR OP LANGE TERMIJN

4.5           De huurprijs wordt gerekend van maand tot maand.

ARTIKEL 5 – GEBRUIK

5.1           Het gehuurde voertuig is bestemd voor de beroepsdoeleinden van de huurder en dient voor de uitbating van de huurder bestemd te blijven.

5.2           De huurder is ertoe gehouden, op eigen verantwoordelijkheid en op zijn kosten, alle wettelijke en reglementaire bepalingen na te leven en te doen naleven door zijn aangestelden, mandatarissen en alle andere personen waarop hij een beroep doet of waarvoor hij aansprakelijk is. Alle nadelige gevolgen die kunnen voortvloeien uit het niet respecteren van deze bepalingen vallen uitsluitend ten zijne laste. Aldus zullen onder andere alle boetes, retributies, geldstraffen en kosten van welke aard ook (opgelegd zowel door Belgische als door buitenlandse autoriteiten), naar aanleiding van het gebruik van of het in bezit zijn van het gehuurde voertuig, of opgelegd ingevolge ermee begane overtredingen, uitsluitend ten laste vallen van de huurder, die er zich toe verbindt deze onmiddellijk te vereffenen of enig bezwaar hieromtrent rechtstreeks op te nemen met de bevoegde autoriteit. Alleen de huurder is strafrechtelijk aansprakelijk voor de overtredingen die hij of zijn aangestelden begaan. Indien conform de toepasselijke wetgeving, deze boetes, retributies, geldstraffen of kosten bij de verhuurder kunnen worden geïnd, of indien deze enige aansprakelijkheid, zelfs objectieve, draagt omwille van het gebruik van het gehuurde voertuig, zal de verhuurder de door hem betaalde bedragen doorbelasten aan de huurder. Hetzelfde geldt in de gevallen waar de verhuurder verplicht wordt over te gaan tot betaling van de boetes, retributies, geldstraffen of kosten om verdere verhogingen ervan te vermijden. Deze doorbelasting zal gepaard gaan met de aanrekening van een administratieve kost. De huurder verbindt er zich toe deze bedragen (inclusief administratieve kost) tijdig te voldoen.  Hij verbindt er zich tevens toe alle schade of verlies van welke aard ook, te wijten aan de verbeurdverklaring van het gehuurde voertuig aan de verhuurder  te vergoeden. In deze context is de verhuurder tevens gerechtigd de identiteit (naam, voornaam, geboortedatum en adres) van de huurder/gebruikelijke bestuurder door te geven aan de bevoegde autoriteiten.

Het gebruik van het gehuurde voertuig zal in voorkomend geval in overeenstemming zijn met de wetgeving omtrent het vervoer van goederen en personen door bemiddeling van gehuurde voertuigen.  De huurder zal ervoor zorgen te beschikken over de wettelijke vergunningen, o.a. voor vervoer voor rekening van derden (niet limitatief), en verbindt er zich toe aan de verhuurder op eerste verzoek zijn vergunningsnummer(s) mede te delen.

5.3           De huurder zal er zich van vergewissen dat het gehuurde voertuig beantwoordt aan de door de wetgeving vereiste technische voorwaarden voor dat type voertuig.  De verhuurder en/of de door hem aangestelde personen zullen te allen tijde het gehuurde voertuig mogen controleren waar het zich ook bevindt.

5.4           Behoudens andersluidend schriftelijk beding is het de huurder verboden het gehuurde voertuig onder te verhuren. In geval van uitdrukkelijke en schriftelijke toelating tot onderverhuring blijft de huurder steeds gehouden tot zijn verplichtingen onder het contract, in voorkomend geval in solidum met de onderhuurder. Het is alleszins verboden het gehuurde voertuig in pand te geven of er zich onder eender welke andere vorm van te ontdoen, het definitief uit te voeren, het te gebruiken voor deelneming aan wedstrijden, snelheidsproeven, andere mogelijke wedstrijden of voorbereidingen daartoe van welke aard ook.  De huurder verbindt zich ertoe het voertuig alleen te gebruiken of te laten gebruiken voor normaal wegverkeer.

5.5           De huurder dient het gehuurde voertuig te gebruiken in overeenstemming met de bepalingen van de verzekeringspolis (en onder meer wat betreft de landen gedekt door de polis) en zich te onthouden van alle handelingen of gedragingen die de schorsing of het verval van de verzekeringsdekking tot gevolg kunnen hebben.  Hij verbindt zich ertoe het voertuig te gebruiken volgens de normen en richtlijnen van de constructeur. De huurder verbindt er zich toe het gehuurde voertuig volgens zijn bestemming en met voorzichtigheid als een goede huisvader te gebruiken. Het gehuurde voertuig zal slechts bestuurd worden door ervaren bestuurders, die houder zijn van een geldig rijbewijs.  Het voertuig zal in geen geval bestuurd mogen worden door de huurder of een door hem tot het gebruik toegelaten derde wanneer zij onder invloed van alcohol of verdovende middelen zijn of wanneer er een medisch beletsel is dat zij een voertuig besturen. Voor bestuurders die de leeftijd van 23 jaar nog niet hebben bereikt en/of die over een voorlopig rijbewijs beschikken dient er een expliciete goedkeuring bekomen te worden van zowel de verhuurder als de verzekeraar.

5.6           De huurder zal slechts de voorgeschreven brandstof gebruiken, het voertuig op een veilige en aangepaste plaats bergen, liefst in een aangepaste garage, het overeenkomstig de wettelijke bepalingen en de veiligheidsvoorschriften gebruiken, het behoorlijk onderhouden, ondermeer maar niet beperkt tot : het regelmatig nazien van het voertuig wat betreft de bandendruk, het oliepeil, het waterpeil van de motor, de radiator en de batterij, en deze te doen beantwoorden aan de eisen die vermeld worden in het onderhoudsboekje van de constructeur, en het voertuig te wassen.  Minstens vanaf 1 oktober dient de huurder de koelvloeistof te voorzien van antivries. Géén voertuig mag, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de verhuurder, buiten de Europese landen die vermeld staan op het verzekeringsbewijs worden gebracht.

5.7           De huurder zal het voertuig op eigen verantwoordelijkheid en kosten aanbieden aan de technische controle telkens dat volgens de reglementering verplicht is, zonder dat de verhuurder hem daartoe moet uitnodigen onder meer doch niet uitsluitend bij plaatsing van een trekhaak.  De huurder zal schriftelijk het bewijs van aanbieding leveren, en de opmerkingen van de inspecteurs van de technische controle aan de verhuurder overmaken, alsook afstand doen van elk verhaal op de verhuurder hieromtrent, tenzij de bijzondere voorwaarden dit anders vermelden.

5.8           Verplaatsing buiten de EU

De huurder verbindt er zich toe om het voertuig noch door eigen toedoen, noch door toedoen van zijn aangestelden in het verkeer te brengen of te stallen in landen buiten de Europese Unie of op laadkades van internationale havens, stations en luchthavens zonder voorafgaande en schriftelijke toestemming van de verhuurder, die slechts voor een welomschreven periode gegeven kan worden. Indien de verhuurder dergelijke toestemming verleent , zullen de huurder of zijn aangestelden steeds in het bezit zijn van het attest waaruit deze toestemming blijkt, en het op eerste verzoek aan de bevoegde autoriteiten moeten kunnen voorleggen. De verhuurder kan niet aansprakelijk gesteld worden voor nadelige gevolgen die de huurder n.a.v. deze controles zou kunnen ondervinden.

ARTIKEL 6 –EIGENDOM

6.1           Het is uitdrukkelijk door de huurder erkend, dat het gehuurde voertuig de eigendom is en blijft van de verhuurder. Een eventuele inschrijving van het voertuig op naam van de gebruiker doet geen afbreuk aan dit artikel.

6.2           De huurder verwerft geen enkel recht, titel of belang op het gehuurde voertuig, tenzij een gebruiksrecht, volgens de beperkingen van huidig contract en naleving van de wetgeving en de reglementen.

6.3           Indien de huurder ook huurder is van het onroerend goed waar het gehuurde voertuig gebruikelijk wordt gestald, dan verbindt hij er zich toe om bij de ondertekening van het proces-verbaal van ontvangst van het gehuurde voertuig of uiterlijk op het ogenblik dat dit voertuig voor de eerste maal in het betrokken onroerend goed wordt gestald, de eigenaar van dit goed ervan in kennis te stellen dat het gehuurde voertuig hem niet toebehoort. De huurder zal ten opzichte van de verhuurder moeten bewijzen dat deze verplichtingen nagekomen werden, hij zal te dien einde aan de verhuurder een kopie van het verzonden aangetekend schrijven alsmede het origineel van het ontvangstbewijs van de aangetekende zending overmaken. Bij gebreke daaraan te voldoen zal de verhuurder het recht hebben om de eigenaar van het onroerend goed op de hoogte brengen van zijn eigendom.

ARTIKEL 7 – OVERDRACHT

De huurder mag het contract niet overdragen aan derden, zonder uitdrukkelijk voorafgaandelijk schriftelijk akkoord van de verhuurder. In het geval de verhuurder akkoord gaat met de overdracht, zal hiervoor een administratieve kost worden aangerekend.

De verhuurder mag zijn rechten tegenover de huurder geheel of gedeeltelijk aan een derde  overdragen.

ARTIKEL 8 – ONGEVAL, BESLAG, DIEFSTAL, OPEISING

De huurder is ertoe gehouden de verhuurder onmiddellijk te verwittigen per aangetekend schrijven wanneer:

1) een derde beslag legt op het gehuurde voertuig of bewarende maatregelen zou nemen betreffende dit voertuig; in dergelijke gevallen zal de huurder aan de beslagleggende partij en aan de optredende Gerechtsdeurwaarder schriftelijk ter kennis brengen dat het voertuig de verhuurder toebehoort;

2) het voertuig geheel of gedeeltelijk betrokken is bij een ongeval; 3)het voertuig in het geheel of gedeeltelijk opgeëist, gestolen of beschadigd wordt.

De huurder is verantwoordelijk voor iedere schade welke de verhuurder zou berokkend worden en welke zou voortspruiten uit het niet naleven van deze verplichtingen of uit een laattijdige betekening.

ARTIKEL 9  – ONTBINDING TEN LASTE VAN DE HUURDER

9.1           De verhuurder kan zonder voorafgaande ingebrekestelling en zonder zich voorafgaand tot de rechtbank te moeten wenden een einde stellen aan het contract of het contract opschorten en om de onmiddellijke teruggave van het gehuurde voertuig verzoeken door een eenvoudige kennisgeving per aangetekende brief aan de huurder:

  1. in geval de huurder niet alle verplichtingen nakomt die hem krachtens onderhavig contract opgelegd worden en hij de hem verweten tekortkomingen niet heeft hersteld binnen de 48 uur nadat deze tekortkomingen hem ter kennis werden gebracht;
  2. in geval van fusie, splitsing, ontbinding of wijziging van de aandeelhoudersstructuur van de vennootschap-huurder, indien deze feiten, naar inzicht van de verhuurder, van aard zijn afbreuk te doen aan het vertrouwen in de huurder;
  3. in geval van staking van betalingen vanwege de huurder of van eenvoudige aanvraag tot uitstel van betaling of tot minnelijke schikking, of indien handelspapieren die zijn handtekening dragen geprotesteerd worden, of indien een inbeslagneming te zijnen laste plaatsvindt, of in geval van faillissement of ieder ander feit dat aantoont dat het krediet van de huurder aan het wankelen is gegaan, en, meer in het algemeen, wanneer de solvabiliteit of de financiële situatie van de huurder zo geëvolueerd is dat de verhuurder gerechtigd is te vrezen voor de goede afloop van de verrichting;
  4. in geval de huurder of door hem aangeduide derden het voertuig verkopen of te koop aanbieden of het in pand geven of in geval van enige andere vorm van (poging tot) fraude waardoor het vertrouwen in de huurder ernstig is geschaad;
  5. in geval de inschrijving van het voertuig zoals omschreven in artikel 15.1 zonder akkoord van de verhuurder door de huurder wordt gewijzigd;
  6. in geval de verhuurder, na het aangaan van het contract, kennis krijgt van bepaalde informatie die de huurder hem, al dan niet bewust, niet of verkeerd heeft verstrekt en die van die aard is, dat de verhuurder het contract niet of niet onder dezelfde voorwaarden zou zijn aangegaan indien hem de juiste stand van zaken bekend zou zijn geweest;
  7. in geval de huurder niet (meer) voldoet aan de wettelijke en reglementaire bepalingen die voortvloeien uit de wetgeving tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, in het bijzonder – maar niet beperkt tot – wat de klantidentificatie betreft;
  8. ingeval de verzekeringsmaatschappij weigert het gehuurde voertuig nog te dekken;
  9. indien de huurder zijn beroepsactiviteit staakt of overlijdt;
  10. in geval van niet naleving van de verplichtingen die de huurder is aangegaan in andere overeenkomsten afgesloten met de verhuurder;
  11. indien de huurder nalaat of weigert het gehuurde voertuig in ontvangst te nemen overeenkomstig artikel 3.3.

9.2           De verhuurder heeft tevens het recht het contract te ontbinden ten laste van de huurder, zonder voorafgaande ingebrekestelling, zonder opzeg noch vergoeding en zonder zich voorafgaand tot de rechtbank te moeten wenden, door een aangetekend schrijven aan de huurder in geval de huurder, overeenkomstig hetgeen is bepaald in artikel 26.3, op een nationale of internationale sanctielijst zou vermeld zijn, zoals, zonder dat deze opsomming beperkend is, op de sanctielijst zoals voorzien door de wetgeving op de strijd tegen het terrorisme.

ARTIKEL 10 – ONTBINDINGSVERGOEDING

10.1         Bij ontbinding van het contract in de gevallen voorzien in artikel 9, 1) tot 10), of wanneer de huurder zelf  vroegtijdig aan het contract een einde stelt, zal de huurder, bovenop de eventuele achterstallige facturen en andere nog verschuldigde bedragen, volgende ontbindingsvergoeding aan de verhuurder verschuldigd zijn:

  • de boekwaarde van het voertuig, zijnde de nog af te betalen waarde voorzien in de boeken van de verhuurder op het ogenblik van de verbreking;
  • vermeerderd met een vergoeding, al naargelang het type contract, gelijk aan 50% van de niet-vervallen intresten (leasing) of aan 3 maanden huur (renting en verhuur lange termijn);
  • vermeerderd met een  dossierkost van 250, 00 €;

In geval de verbreking zich voordoet in de eerste zes maanden van het contract, behoudt de verhuurder  zich het recht voor een hoger bedrag te eisen.

10.2         De verplichting tot betaling doet op geen enkele wijze afbreuk aan de verplichting van de huurder om het voertuig in goede staat terug te bezorgen op de zetel van de verhuurder of op iedere andere plaats door de verhuurder aan te duiden.

10.3         In geval het voertuig wordt ingeleverd, wordt de vermelde ontbindingsvergoeding verminderd met de verkoopwaarde die de verhuurder hiervoor op de professionele markt van handelaars in tweedehandsvoertuigen ontvangt.

10.4         Bij ontbinding van het contract in het geval voorzien in artikel 9, 11) zal de huurder een vergoeding verschuldigd zijn van 500,00 Euro, vermeerderd met het verschil tussen de door de verhuurder betaalde aankoopprijs van het voertuig, en de verkoopwaarde die hij  hiervoor op de professionele markt van handelaars in tweedehandsvoertuigen ontvangt. De huurder ziet hierbij uitdrukkelijk af van elke vordering betreffende de verkoopwaarde ten opzichte van de verhuurder.

10.5         Bovendien laten bovenvermelde bepalingen het recht van de verhuurder  onverlet om bijkomende schadevergoedingen of vergoeding van gemaakte kosten,  zoals o.m. de kosten van terugname en verkoop van het gehuurde voertuig, te verhalen op de huurder indien daartoe aanleiding zou bestaan.

ARTIKEL 11 – COMPENSATIEBEDING

De schulden van de huurder tegenover de verhuurder of de met hem verbonden vennootschappen, deel uitmakend van dezelfde groep, voortkomende uit zowel onderhavige als uit eventueel andere afgesloten overeenkomsten, worden opzichtens de verhuurder als één en ondeelbaar beschouwd. De verhuurder is gerechtigd compensatie toe te passen. Alle sommen, waarborgen, of andere zekerheden die de verhuurder onder zich heeft, strekken tot zekerheid van het geheel van de verbintenissen van de huurder, zodat de schuldvorderingen van de verhuurder op de huurder bijgevolg ten allen tijde en op de wijze die de verhuurder verkiest gecompenseerd kunnen worden met alle bedragen die hij aan de huurder verschuldigd zou kunnen zijn.

ARTIKEL 12 – EINDE VAN HET CONTRACT

12.1         Op het einde van het contract, wat ook de oorzaak ervan mag zijn, is de huurder gehouden het gehuurde voertuig onmiddellijk aan de verhuurder terug te geven op de zetel van de verhuurder of op iedere andere plaats door de verhuurder aan te duiden, tenzij de huurder het voertuig heeft aangekocht in overeenstemming met artikel 13 en de prijs hiervoor betaald heeft.  In voorkomend geval zal hij ook onmiddellijk het nodige doen voor de uitschrijving van het voertuig en het terugbezorgen van de nummerplaat mocht deze op naam van de verhuurder zijn ingeschreven.  De huurder zal de verhuurder schriftelijk op de hoogte brengen van de datum en locatie waar het voertuig werd ingeleverd. De huurder blijft verantwoordelijk voor het voertuig tot en met de effectieve inlevering en/of ophaling ervan. Ook alle kosten verbonden aan de laattijdige inlevering/schrapping van de nummerplaat ingeschreven op naam van de verhuurder vallen ten laste van de huurder.

12.2         Het gehuurde voertuig zal geheel gemonteerd, in staat van werking en voorzien van alle originele onderdelen en toebehoren, onder meer maar niet beperkt tot sleutels, boorddocumenten, zomer- en winterbanden, GPS, afstandsbedieningen en alle andere toebehoren welke geen eigendom zijn van de huurder teruggegeven worden. Er zal een expertise plaatsvinden  betreffende de toestand van het voertuig. Deze expertise zal uitgevoerd worden door een onafhankelijke expert die ten dien einde is aangeduid door de verhuurder. De huurder verbindt er zich toe zelf of middels vertegenwoordiging bij deze expertise aanwezig te zijn. Iedere schade die het normaal gebruik overschrijdt zal ten laste vallen van de huurder mits aanrekening van een forfaitaire minderwaarde per vastgestelde schade.  De norm die als uitgangspunt dient om het normaal aanvaardbare karakter van beschadigingen en slijtage te beoordelen is de Renta-norm (http://www.renta.be/nl/renta-norm).

In geval de huurder nalaat bij de expertise aanwezig te zijn of hier slechts gedeeltelijk aan deelneemt, zal de expertise geacht worden tegensprekelijk te zijn en zal er geen verhaal kunnen worden uitgeoefend tegen de vastgestelde schade.

12.3         Indien het voertuig niet teruggegeven wordt binnen de termijn en onder de voorwaarden zoals hierboven voorzien zal de huurder gehouden zijn tot betaling van een forfaitaire schadevergoeding gelijk aan het bedrag van de maandelijkse huurprijs, en dit pro rata temporis tot ontvangst van het voertuig zoals hierboven voorzien. Wanneer het voertuig teruggegeven wordt zonder het volledige originele inschrijvingsbewijs (Luik A en Luik B), of desgevallend het afschrift hiervan, gelijkvormigheidattest en of onderhoudsboekje, zal de expertise vermeld in artikel 12.2 worden uitgesteld tot aan de ontvangst van de desbetreffende documenten of van een proces verbaal van diefstal of verlies. Daarnaast zal de huurder ook gehouden zijn tot betaling van een bijkomende schadevergoeding.

12.4         Ingevolge het onrechtmatig gebruik van het voertuig is de verhuurder gerechtigd om vanaf de desbetreffende ingebrekestelling tot de uiteindelijke teruggave van het voertuig aanspraak te maken op een maandelijkse gebruiksvergoeding die gelijk is aan anderhalve keer de laatst toegepaste maandelijkse huurprijs.  Bovendien zal de verhuurder het recht hebben over te gaan tot het onmiddellijk afhalen van het voertuig, en dit ten laste van de huurder, zonder verdere vorm van proces en onverminderd zijn andere rechten.

ARTIKEL 13 – KOOPOPTIE – ENKEL VOOR CONTRACTEN VAN FINANCIERINGSHUUR (LEASING)

In toepassing van artikel 1 van het K.B. nr. 55 d.d. 10/11/1967 wordt aan de huurder de mogelijkheid voorbehouden aan het einde van de vaste huurtermijn van onderhavig contract, de eigendom van het gehuurde voertuig te verwerven tegen betaling van het bedrag van de aankoopoptie, vermeld in de bijzondere voorwaarden, dat overeenstemt met de vermoedelijke residuele waarde. De huurder zal de verhuurder één maand vóór de eindvervaldag van de vaste huurtermijn ervan verwittigen dat hij de aankoopoptie wenst te lichten. De optie wordt effectief gelicht middels de betaling van het bedrag van de aankoopoptie op de rekening van de verhuurder. De huurder kan echter enkel de optie lichten op voorwaarde dat ook alle andere bedragen, verschuldigd onder onderhavig contract,  voldaan zijn. Alle taksen betaalbaar op deze aankoop blijven ten laste van de koper. Het gehuurde materiaal blijft de eigendom van de verhuurder tot volledige betaling van het bedrag van de aankoopoptie. Alle risico is ten laste van de huurder. Ingeval van herverkoop van het gehuurde materiaal, eigendom van de verhuurder, draagt de huurder, vanaf heden, aan de verhuurder alle vorderingen over resulterend uit deze verkoop.

ARTIKEL 14 – HUURWAARBORG

14.1         De bijzondere voorwaarden bepalen de huurwaarborg(en) die de huurder moet verschaffen teneinde de uitvoering van alle verplichtingen te waarborgen.

14.2         Alle nuttige en noodzakelijke kosten verbonden aan het behoud van de waarborgen als vermeld in de bijzondere voorwaarden zijn uitsluitend ten laste van de huurder en zullen aan hem doorgerekend worden. De huurder is er zich van bewust dat deze kost niet opgenomen is in de maandelijkse huurprijs maar deel uitmaakt van een afzonderlijke facturatie.

14.3         De waarborgen zullen slechts vrijgegeven worden 30 dagen na het einde van het contract en voor zover de huurder al zijn verplichtingen tegenover de verhuurder is nagekomen. In voorkomend geval kan de verhuurder de waarborgen aanwenden ter compensatie van alle andere sommen die de huurder hem verschuldigd zou  blijven om welke reden ook, onder meer krachtens andere overeenkomsten met betrekking tot andere goederen.

ARTIKEL 15 – INSCHRIJVING – VERKEERSBELASTING BELASTING OP DE INVERKEERSTELLING – EUROVIGNET KILOMETERHEFFING

15.1         Overeenkomstig het KB van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen zal het gehuurde voertuig ingeschreven worden op naam en op aanvraag van de verhuurder-eigenaar. Een inschrijving op naam van de huurder-gebruiker als voorzien in art. 10 van het K.B. van 20/07/2001 is niet toegestaan behoudens uitdrukkelijk en schriftelijke toestemming van de verhuurder. Indien het gehuurde voertuig op naam van de huurder wordt ingeschreven, zal het Luik B van het inschrijvingsbewijs aan de verhuurder-eigenaar worden bezorgd en door hem worden bewaard gedurende de looptijd van het contract. Indien dit Luik B, om één of andere reden, in het bezit van de huurder zou worden gesteld, verbindt deze zich ertoe om het, per kerende, aan de verhuurder te bezorgen.

15.2         Indien het voertuig ingeschreven wordt op naam van de verhuurdereigenaar en indien er enige belastingen hieraan verbonden verschuldigd zouden zijn, verbindt de huurder er zich toe aan de verhuurder het betaalde bedrag terug te storten. Het eurovignet zal door de huurder betaald worden tenzij dit is opgenomen in de dienstverlening van het contract. De huurder verbindt er zich, in dit verband, tevens toe de wettelijke bepalingen betreffende de kilometerheffing na te leven en te doen naleven door zijn aangestelden, mandatarissen en alle andere personen waarop hij een beroep doet of waarvoor hij aansprakelijk is en gaat akkoord dat hij, in het kader van deze wettelijke bepalingen, wordt beschouwd  als houder van de nummerplaat, ingeschreven op naam van de verhuurder.

Voorts zal hij tevens alle eventuele door de verhuurder te betalen bedragen van welke aard ook in dit verband (tolgelden, administratieve geldboetes of enige andere kosten) aan de verhuurder terugbetalen.

15.3         Indien het voertuig ingeschreven wordt op naam van de huurder zal de huurder zelf instaan voor alle formaliteiten (inschrijving, belastingen, eurovignet, kilometerheffing, fiscale zegels) en de tijdige financiële afhandeling ervan.

ARTIKEL 16 – VERZEKERING EN ONGEVAL

De huurder mandateert de verhuurder om het gehuurde voertuig in zijn naam en voor zijn rekening te verzekeren bij de Belgische verzekeringsmaatschappij van haar keuze en elk desbetreffend document te ondertekenen, conform hetgeen hieronder in de hoofding “Verzekering via de verhuurder” uiteengezet wordt, behoudens indien hij ervoor kiest hiervoor een derde te mandateren, conform de bepalingen van de hoofding “Verzekering via de huurder”.

De verhuurder treedt hierbij op als verzekeringsmakelaar (ingeschreven bij de FSMA onder het nummer 14.855 A) voor rekening van AXA Belgium NV, een verzekeringsonderneming ingeschreven onder FSMA-nummer AS0039 (Product Classic Insurance) en TVM Belgium, een verzekeringsonderneming erkend onder FSMA nummer AS2796 (Product Classic Truck Insurance). Wat dit type verzekeringscontracten betreft, doet de verhuurder uitsluitend zaken met voormelde verzekeringsondernemingen. Merk op dat de verhuurder niet adviseert op grond van een verplichting tot een onpartijdige analyse.

Indien u klachten heeft met betrekking tot de verzekeringsbemiddelingsdiensten van de verhuurder, kan u zich wenden tot de Ombudsman voor de Verzekeringen (de Meeûssquare 35, 1000 Brussel, Tel: +32 (2) 547 58 71; E-mail: info@ombudsman.as)

Indien de huurder gekozen heeft voor de toepassing van de bepalingen van de hoofding “Verzekering via de huurder” kan hij in de loop van de overeenkomst de verhuurder alsnog mandateren conform hetgeen bepaald wordt in de hoofding “Verzekering via de verhuurder” middels een bijvoegsel bij de bijzondere voorwaarden, mits voorafgaandelijk akkoord, aanvaarding door de aangezochte verzekeraar, en desgevallend na een voorafgaand kredietonderzoek door de verhuurder.

VERZEKERING VIA DE VERHUURDER

16.1         De huurder geeft onherroepelijk mandaat aan de verhuurder om in zijn naam en voor zijn rekening het gehuurde voertuig naar eigen goeddunken te verzekeren voor de volledige looptijd van het contract, en voor de risico’s Burgerlijke Aansprakelijkheid (hierna “BA”), en rechtsbijstand, met dien verstande dat ingeval van tegenstrijdigheid van belangen tussen de huurder en de verhuurder enkel deze laatste hierop een beroep zal kunnen doen.  Desgevallend kan de verhuurder ervoor kiezen de verzekering uit te breiden met de dekking brand, diefstal, glasbraak, aanrijdingen met dier(en) en eigen schade (ongeval). Teneinde de verhuurder in staat te stellen het voertuig correct te verzekeren zal de huurder, voorafgaandelijk aan de levering een attest schadevrij rijden aan de verhuurder overmaken samen met het volledig ingevuld voorstelformulier. Indien de huurder het attest niet of niet tijdig overmaakt aan de verhuurder zal een verzekeringspremie aan de wettelijke instap zonder kortingen verschuldigd zijn. Bij laattijdige overmaking van het attest heeft de huurder geen enkel recht op een retroactieve aanpassing van de corresponderende huurcomponenten.

16.2         De BA geldt enkel in de landen vermeld op het verzekeringsbewijs.  De huurder erkent goed ingelicht te zijn over de omvang, de algemene, en de bijzondere voorwaarden van de verzekeringsdekking. De verzekeringspolis dekt niet de persoonlijke voorwerpen van de huurder of de bestuurder die zich aan boord van het voertuig bevinden of dit voertuig uitrusten.

16.3         De huurder verbindt er zich toe de premies aan de verhuurder terug te betalen. Het bedrag van de jaarlijkse verzekeringspremie zal aan de huurder verrekend worden zoals vastgesteld in de bijzondere voorwaarden, of de bijvoegsels hierbij. Iedere wijziging van de verzekeringspremie en/of vrijstelling, onder meer ingevolge een slechte ongevallenstatistiek, zal aan de huurder aangerekend worden. De eventueel voorziene vrijstelling per waarborg wordt vermeld in de bijzondere voorwaarden. Deze vrijstelling is ten laste van de huurder, die op eerste verzoek het bedrag daarvan zal betalen aan de verhuurder of aan iedere andere persoon door de verhuurder aangeduid, zonder dat de verhuurder de eventueel van een derde terugvorderbare vrijstelling dient te financieren. Deze bepaling is ook van toepassing voor de geïndexeerde vrijstelling in de BA.

16.4         De verhuurder samen met de verzekeringsmaatschappij beslissen over het al dan niet verlenen van dekking op basis van een vragenlijst. De huurder is ertoe gehouden deze vragenlijst “verzekering” correct in te vullen. Hij is aansprakelijk voor elk verlies of schade te wijten aan het onjuist of onvolledig beantwoorden van de vragenlijst. Indien de verzekeringsmaatschappij een situatie van opzettelijke verzwijging bij onderschrijving of gedurende de looptijd van het contract zou inroepen, wordt de BA dekking toch aan de verhuurder toegekend indien deze kan aantonen dat de reden van het inroepen van de verzwijging toe te schrijven is aan een daad die zich buiten diens wil of medeweten en in strijd met diens instructies heeft voorgedaan en zal de verzekeringsmaatschappij gerechtigd zijn hiervoor verhaal uit te oefenen tegenover de huurder.  Elke wijziging van de gebruikelijke bestuurder zal zonder verwijl aan de verhuurder gesignaleerd worden en er zal een nieuwe vragenlijst ingevuld worden. De huurder zal deze vragenlijst behoorlijk ingevuld en zonder uitstel aan de verhuurder overmaken.  Indien de verzekeringsdekking op basis van deze vragenlijst wordt geweigerd door de door de verhuurder aangeduide verzekeringsmaatschappij, vervalt het mandaat verleend aan de verhuurder en worden automatisch en met onmiddellijke ingang de bepalingen “verzekering door de huurder” van kracht.

16.5         Elke vergoeding die krachtens de gedekte risico’s door een verzekeraar verschuldigd is, zal uitsluitend en bij voorrang aan de verhuurder betaald worden, die er als enige een geldige kwijting voor kan verlenen. Iedere vraag tot opschorting of beëindiging van het verzekeringscontract of tot wijziging van de verzekeringsnemer, of de verzekeraar, dan wel de inhoud van de verzekeringspolis, is onderworpen aan het voorafgaandelijk schriftelijk akkoord van de verhuurder.

16.6         De huurder zal zelf gehouden zijn de schade aan of verlies van het gehuurde voertuig aan de verhuurder te vergoeden, behoudens indien deze schade of dit verlies binnen de 30 dagen vergoed wordt door de verzekeraar, niettegenstaande in voorkomend geval hetgeen omschreven wordt in het artikel “De dienst CascoService”.

VERZEKERING VIA DE HUURDER

16.7         De huurder verbindt er zich uitdrukkelijk toe het gehuurde voertuig voor de volledige duur van de overeenkomst en voor de volle waarde te verzekeren betreffende de Burgerlijke Aansprakelijkheid (hierna “BA) waartoe het aanleiding kan geven – en dit binnen de perken van de geldende wetgeving – brand, diefstal, glasbraak, eigen schade (ongeval), natuurkrachten, aanrijdingen met (een) dier(en) en rechtsbijstand, bij een in België erkende verzekeringsmaatschappij. Hij verbindt er zich toe het schuldvorderingsbijvoegsel dat hem door de verhuurder werd overgemaakt in de verzekeringspolis te laten inlassen.  Uiterlijk bij levering zal de huurder een fotokopie van het internationaal motorrijtuigenverzekeringsbewijs en de geldig gehandtekende exemplaren van het schuldvorderingsbijvoegsel aan de verhuurder overmaken. De huurder zal een exemplaar van de verzekeringspolis ter beschikking van de verhuurder houden en deze op diens eenvoudig verzoek overmaken.

16.8         De huurder zal de verzekeringspolis en de verzekeringsdekking zoals omschreven in het schuldvorderingsbijvoegsel tijdens de gehele duur van de overeenkomst niet verminderen, opschorten of opzeggen zonder voorafgaandelijk en schriftelijk akkoord van de verhuurder. Hij zal bij iedere wijziging aan de polis zonder verwijl een éénsluidend afschrift van deze wijzigingen aan de verhuurder overmaken.

16.9         Bij een ongeval zal de huurder strikt en nauwgezet de clausules van de verzekeringspolis naleven, in het bijzonder wat betreft de aangiftetermijn en het vereiste van voorafgaandelijk akkoord van de verzekeraar alvorens te herstellen.  Indien de verzekeraar tussenkomst weigert wegens nietnaleving van de clausules van het verzekeringscontract zal de huurder geacht worden zelf in te staan voor alle schade, gevolgen en kosten die uit deze weigering voortvloeien.

16.10       De verhuurder komt onomkeerbaar in de plaats van alle rechten van de huurder tegenover de verzekeraars. Ingevolge deze subrogatie geeft de huurder onherroepelijk volmacht aan de verhuurder om de bedragen van de vergoedingen die krachtens het verzekeringscontract verschuldigd zijn, te innen.  Deze vergoedingen, ten belope van ieder mogelijk verschuldigd saldo, worden door de verhuurder ter aanzuivering behouden.

16.11       Indien de huurder het voertuig niet of niet conform deze bepalingen heeft verzekerd, heeft de verhuurder het recht om ofwel de verzekeringsdekking die zich opdringt op kosten van de huurder geheel of gedeeltelijk te onderschrijven, dan wel onderhavige overeenkomst ten laste en ten grieve van de huurder te verbreken.  Dit recht van de verhuurder ontlast de huurder niet van zijn andere verplichtingen ten opzichte van de verhuurder. 

In elk geval is enkel de huurder aansprakelijk voor alle gevolgen, boetes en inbeslagnames voortvloeiend uit een niet geldige BA-verzekering.

16.12       De huurder zal zelf gehouden zijn de schade aan of verlies van het gehuurde voertuig aan de verhuurder te vergoeden, behoudens indien deze binnen de 30 dagen vergoed wordt door de verzekeraar.

HERSTELLINGEN INGEVOLGE ONGEVAL

Iedere herstelling voortkomend uit een ongeval moet het voorafgaandelijk akkoord krijgen van de verzekeringsmaatschappij en van de verhuurder.  Dienaangaande zal een ongevalsaangifte door de huurder binnen de 48 uur na het ongeval aan de verhuurder overgemaakt worden.  Indien de verzekering door de huurder werd afgesloten, zal hij deze de ongevalsaangifte eveneens overmaken aan de verzekeringsmaatschappij, binnen dezelfde termijn.  Indien de ongevalsaangifte niet ingeleverd is binnen de voorziene termijn of indien de huurder de wagen heeft laten herstellen zonder het akkoord van de verhuurder of van de verzekeringsmaatschappij, zullen alle daaruit voortvloeiende kosten ten laste vallen van de huurder.

SCHADE AAN DE VOORRUIT

Met het oog op de veiligheid en het niet afleiden van de aandacht van de bestuurder tijdens het besturen van een voertuig, zijn herstellingen van de voorruit binnen het gezichtsveld van de bestuurder NIET toegestaan en dient de voorruit op deze ogenblikken vervangen te worden. Gezichtsveld van de bestuurder is: LINKS: einde slag ruitenwisser (verticale stand) RECHTS: midden van de ruit ONDER: horizontale lijn bovenkant stuur BOVEN: onderkant zonneklep als ze tegen de ruit zit.

Herstellingen die toch in de hierna vermelde zone werden doorgevoerd zullen bij einde contract als schade worden aanzien en de facturatie van de kostprijs van een nieuwe voorruit tot gevolg hebben.

DIEFSTALBEVEILIGING

Er wordt tussen de partijen uitdrukkelijk overeengekomen dat het voertuig moet uitgerust zijn met een door Incert  aangenomen elektronisch antidiefstalsysteem vanaf een verzekerde investeringswaarde van 80.000, 00 €, tenzij anders vermeld in de bijzondere voorwaarden. De huurder is aansprakelijk voor de plaatsing en de uitstekende staat van werking.

Zodra er geen inzittenden in het voertuig zijn en zo het voertuig niet werd gestald in een individuele afgesloten en vergrendelde garage, verbindt de huurder er zich toe het antidiefstalsysteem in werking te stellen, alle deuren en de koffer met een sleutel af te sluiten en de vensters en het dak te sluiten.

ARTIKEL 17 – ONDERHOUD, HERSTELLINGEN, EN BANDEN

17.1. Aard en ten laste neming van de service.

17.1.1.     De verhuurder neemt, voor zover dit voorzien is in de bijzondere voorwaarden, de onderhouds- en herstellingskosten ten laste, alsook de leveringen. Onder onderhoudskosten worden verstaan de prestaties van onderhoud zoals deze voorzien zijn door de fabrikant. Onder herstellingen worden verstaan de mechanische- en koetswerkherstellingen welke voortspruiten uit een normaal gebruik.

17.1.2.     Alle onderhoud en herstellingen, al dan niet gedekt door  deze overeenkomst dienen uitgevoerd te worden bij een officiële Daimler Truck dealer.

17.1.3.     Worden van deze overeenkomst uitgesloten. Zonder dat deze opsomming beperkend is :

  • de herstellingskosten te wijten aan een abnormaal gebruik of een nalatigheid van de huurder of van diens aangestelden ; de herstellingen ingevolge een ongeval welke niet door de verzekering gedekt zijn;
  • de herstellingen ingevolge vries, bliksem, storm, oorlog, oproer…enz; de levering van additieven en bijhorigheden welke niet uitdrukkelijk vermeld zijn in deze overeenkomst; het vervangen van gescheurde banden; het wassen en polijsten; de brandstof;
  • de kosten voortvloeiend uit de aanwezigheid van water, vreemde stoffen of vreemde voorwerpen in de brandstof; alle onkosten van onderhoud of herstelling van toebehoren die geen deel uitmaken van de in de overeenkomst voorziene geïnvesteerde waarde. de onkosten of schadevergoedingen die zouden voortvloeien uit een defect of een ongeval van de voertuigen, zoals verplaatsingen, telefoongesprekken, telegrammen, taxi’s, vergoedingen voor stilstand van het voertuig of werkloosheid van het personeel, het buiten gebruik zijn van het voertuig, onkostennota’s, hotel- of restaurantrekeningen, bekeuringen, winstderving…enz.
  • de kosten en andere uitgaven met betrekking tot verbouwingen en toevoeging van niet-originele Daimler Truck uitrustingen.

17.1.4.     De banden worden door deze overeenkomst gedekt voor zover dit voorzien is in de bijzondere voorwaarden, met uitzondering van het vervangen van gescheurde banden, de plaatsing- en garagekosten die daaruit voortvloeien.

17.2 – Verplichtingen van de huurder m.b.t. het onderhoud van het gehuurde voertuig.

17.2.1.     De huurder verbindt zich ertoe het gehuurde voertuig als goed huisvader te behandelen. Door dit feit verbindt hij zich ondermeer tot het volgende, zonder dat deze opsomming  beperkend is:

  • zijn voertuig te gebruiken volgens de voorwaarden voorzien door de constructeur, en in ‘t bijzonder wat betreft de lading, het maximaal toerental en snelheid alsook de controle en het op peil brengen van de verschillende vloeistofniveaus;
  • zijn voertuig met het onderhoudsboekje aan te bieden voor het onderhoud of hun nazicht op de voorgeschreven kilometers (met een afwijking van maximum 500 km);
  • de verhuurder zonder uitstel op de hoogte te brengen van alle gebreken die het voertuig zou kunnen vertonen; de slijtagegraad van de banden na te kijken en de verhuurder te verwittigen van de gevorderde slijtagegraad van de banden; te allen tijde de dienstkaart in zijn voertuig te bewaren; na elke afname van een (de) wiel(en) van het voertuig, de wielbouten op 50 km en 200 km hierna aan te spannen;
  • het voertuig aan te bieden bij de technische controle op de voorziene perioden en de daaruit voortvloeiende kosten te betalen voor zover deze niet voorzien zijn in de bijzondere voorwaarden.

17.3 – Contractueel kilometertal.

17.3.1.     Het contractueel aantal af te leggen kilometers is vastgesteld in de bijzondere voorwaarden. De prijs per bijkomende en niet-gereden kilometer is eveneens vermeld in de bijzondere voorwaarden.

17.3.2 .    De bijkomende/niet-gereden kilometers zullen op het einde van het contract gefactureerd/gecrediteerd worden. Bij een afwijking van het contractueel jaarlijks kilometertal met 10 % met een maximum van 10.000 km, behoudt de verhuurder zich het recht voor de huurprijs te herzien. Het aantal kilometers dat door de vervangingsvoertuigen worden afgelegd komt in rekening voor de eventuele facturatie/creditering van de bijkomende/niet-gereden kilometers op het einde van de overeenkomst.

17.3.3.     Zo het verhuurde voertuig onbruikbaar wordt of ingeval deze overeenkomst vroegtijdig wordt beëindigd, zal de berekening van bijkomende/niet-gereden kilometers voor het voertuig gebeuren, rekening houdend enerzijds met het reëel aantal kilometers door het voertuig afgelegd en anderzijds met het contractueel voorziene kilometertal, prorata temporis de gebruiksduur van het voertuig. De bijkomende/niet-gereden kilometers aldus vastgesteld zullen afzonderlijk gefactureerd/gecrediteerd worden.

ARTIKEL 18 – DE DIENST “CASCOSERVICE”
ENKEL VOOR CONTRACTEN VAN RENTING EN VERHUUR OP LANGE TERMIJN

18.1         CascoService

Deze bepaling is van toepassing indien de huurder kiest voor de dienst CascoService, in ruil voor de stipte betaling van de hiervoor in de bijzondere voorwaarden van het contract voorziene prijs. In dit geval mag de huurder desgewenst verzaken aan de in art. 16.7 omschreven verplichting;

18.2         Cumulatieve toepassingsvoorwaarden

De toepassing van CascoService wordt uitdrukkelijk beperkt tot het voertuig zoals omschreven in de bestelbon die desbetreffend opgemaakt werd, onverminderd de toepassing van art. 20 van deze algemene voorwaarden. De toepassing van CascoService kan daarenboven slechts verworven zijn voor zover het voertuig aangewend wordt in overeenstemming met alle verplichtingen waarin de algemene en bijzondere voorwaarden van deze overeenkomst, de toepasselijke wetgeving en de algemene zorgvuldigheidsnorm voorzien. De toepassing van CascoService kan tenslotte enkel verworven zijn voor zover de werkzaamheden die genoodzaakt worden door de in art. 18.3 omschreven voorvallen uitgevoerd worden door een door de verhuurder erkende hersteller volgens de voorschriften en limieten van de constructeur;

18.3         Inhoud van CascoService

Binnen de grenzen bepaald door dit artikel, en voor zover het schadegeval zich voordoet binnen het geldigheidsgebied van het verzekeringsbewijs waarborgt CascoService de tenlasteneming door de verhuurder van de herstellingskosten aan of het verlies van het voertuig naar aanleiding van:

1) brand, vuur, ontploffing, bliksem en steekvlammen, korstsluiting, smeltschade aan elektrische bedrading en de hieruit volgende blusschade, met uitzondering van schade veroorzaakt door het laden, het lossen, of het vervoer van licht ontvlambare of ontplofbare stoffen of goederen, behalve wanneer het gaat om de brandstofreserve bestemd voor het gebruik van het voertuig, of  wanneer het vervoer van deze licht ontvlambare of ontplofbare stoffen of goederen kadert in het normale gebruik van het voertuig;

2) het breken van voor-, zij- en achterruiten en het doorzichtige gedeelte van het schuifdak;

3) diefstal of poging tot diefstal, inbegrepen de kosten voor vervanging van de sloten en /of verandering van de codes van het antidiefstalsysteem

4) in geval van diefstal van sleutel(s) en /of afstandsbediening;

indien en voor zover:

  • het voertuig ten laatste op de datum van terbeschikkingstelling uitgerust werd met een door de verhuurder erkend en operationeel
    • antidiefstalsysteem;
  • deze feiten onmiddellijk aangegeven werden aan de bevoegde gerechtelijke overheden van de plaats van het gebeuren, of indien overkomen in het buitenland,  hieromtrent door de huurder of zijn aangestelde bij de gerechtelijke overheden een bijkomende verklaring wordt afgelegd zodra hij in België terugkeert;
  • een uiterst gedetailleerde aangifte van deze feiten en het bewijs van klachtneerlegging binnen de 24 uur aan de verhuurder bezorgd wordt;
  • de huurder de volledige set boorddocumenten – dan wel een politieattest van diefstal, verlies of ontvreemding van documenten alle sleutels, afstandsbedieningen, fiches, kaarten, codes en eventuele afneembare fronten van radio’s, stroomonderbrekers en/of alarmsystemen aan de verhuurder overhandigt;
  • ingeval van diefstal of verlies van één of meer sleutels, de huurder hiervoor onverwijld na vaststelling klacht neerlegde bij de bevoegde gerechtelijke overheden en hiervan de bewijsstukken binnen de 24 uur aan de verhuurder overmaakte; o behalve ingeval de diefstal of poging daartoe:
  • gepleegd of medegepleegd werd door de huurder, zijn aangestelde of een door hen al dan niet gemachtigde bestuurder of houder van het voertuig;
  • gebeurde terwijl het voertuig achtergelaten werd met open deuren, ramen of dak, of terwijl het voertuig niet correct op slot was of terwijl niet alle sleutels in het bezit waren van de huurder of zijn aangestelde;
  • gebeurde terwijl het alarmsysteem en/of de stroomonderbreker niet in werking of buiten gebruik was, behalve indien het voertuig zich in een slotvast individuele garage bevond en er in de garage is ingebroken;
  • gebeurt naar aanleiding van een ontvreemding, verduistering of misbruik van vertrouwen als omschreven in art. 491 en volgende van het Strafwetboek;

5) een ongeval of het vervoer van het voertuig, het laden en lossen inbegrepen;

6) vandalisme of kwaad opzet, mits een klacht werd neergelegd bij de bevoegde gerechtelijke instanties binnen de 48 uur  na vaststelling van de feiten;

7) de inwerking van natuurkrachten (directe en uitsluitende gevolgen van overstromingen, hagel, storm, vulkaanuitbarstingen, aardbevingen, het neerstorten van rotsen, grondverschuivingen, lawines, sneeuwval);

8) een aanrijding met een dier, mits hiervoor een klacht werd neergelegd bij  de bevoegde gerechtelijke instanties  binnen de 48 u na vaststelling van de feiten;

CascoService dekt de vervanging van één of meerdere beschadigde banden, doch slechts voor zover deze vervanging genoodzaakt wordt in het kader van, en simultaan uitgevoerd wordt met een herstelling die onder het toepassingsgebied van CascoService valt;

In het kader van de toepassing van CascoService garandeert de verhuurder de onmiddellijke beëindiging van de huurovereenkomst zonder aanrekening van een ontbindingsvergoeding ingeval van verdwijning of tenietgaan van het voertuig naar aanleiding van diefstal zoals omschreven in art. 18.3 3), mits naleving van de in dat artikel omschreven procedures, en mits het voertuig niet teruggevonden wordt binnen de dertig dagen na de feiten;

De huurder erkent dat de verhuurder het recht heeft om naar aanleiding van een beroep op CascoService naar eigen goeddunken onderhavig contract als beëindigd te beschouwen, zonder aanrekening van een ontbindingsvergoeding, bijvoorbeeld wanneer de kosten van de herstellingen, naar de discretionaire mening van de verhuurder, te groot zouden zijn in vergelijking met de waarde van het voertuig op dat ogenblik. De artikelen 23.2, 23.3, en 23.4 zijn van overeenkomstige toepassing.

18.4         Algemene uitsluitingen

CascoService kan nooit verworven zijn ingeval de bedoelde kosten of verlies veroorzaakt werden door een gebruik van het voertuig door de huurder, dan wel zijn aangestelde of een andere daartoe al dan niet gemachtigde derde, dat niet overeenstemt met het gebruik dat een normaal voorzichtig persoon ervan gemaakt zou hebben, waarbij bij wijze van voorbeeld verwezen kan worden naar gebruik:

  • in staat van dronkenschap, alcoholintoxicatie of een gelijkaardige toestand;
  • in het kader van weddenschappen, uitdagingen of een andere duidelijk roekeloze handeling, alsook in het kader van zelfmoord of poging daartoe;
  • in het kader van een snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsrit of -wedstrijd (met uitzondering van toeristische of ontspanningsrally’s), inbegrepen de voorbereiding voor dergelijk
  • evenement of wedstrijd;
  • door een persoon die niet voldoet aan de geldende wettelijke en reglementaire bepalingen om een voertuig te besturen, of die door de bevoegde instanties vervallen verklaard werd van het recht tot sturen;
  • in strijd met de door de constructeur gespecificeerde gebruiksaanwijzingen en voorschriften inzake onderhoud, in strijd met de reglementering op de technische controle, of in strijd met de op de huurder rustende verplichtingen uit hoofde van de wettelijk verplichte verzekeringen;
  • dat leidt tot overbelasting;
  • in situaties van oorlog, burgerlijke of politieke onlusten, opstand, aanslagen en terrorisme;
  • buiten de normale, voor alle voertuigen berijdbare openbare weg;

In deze gevallen blijven de bedoelde kosten steeds ten laste van de huurder. Indien na verstrekking van de dienst CascoService de verhuurder kennis krijgt van het feit dat deze genoodzaakt werd door een hierboven vermeld niet-toegelaten gebruik, behoudt hij zicht het recht voor de door hem gedragen kosten terug te vorderen van de huurder.

18.5         Eigen bijdrage ten laste van de huurder

Voor elk beroep op de dienst CascoService blijft de huurder de eigen bijdrage verschuldigd, zoals zij omschreven wordt in de bijzondere voorwaarden, uitgezonderd in de gevallen omschreven in art. 18.3 2), 6) en 7).

18.6         Opschorting van het recht op CascoService

Elke betalingsachterstand, ter kennis gebracht via aangetekende brief, heeft van rechtswege de opschorting van het recht op CascoService tot gevolg. De huurder heeft slechts opnieuw recht op de verstrekking van CascoService nadat alle verschuldigde bedragen, zowel in hoofdsom, intresten, als kosten betaald werden aan de verhuurder, en nadat deze laatste dit per aangetekend schrijven aan de huurder bevestigde.

  1. Aanpassing van de voorwaarden van CascoService

De verhuurder is gerechtigd om jaarlijks, op de verjaardag van de inwerkingtreding van het contract de vergoeding, de bijdrage of de andere voorwaarden voor het verlenen van CascoService aan te passen indien blijkt dat de huurder bovenmatig beroep doet op CascoService;

ARTIKEL 19 – WAARBORG

De verhuurder is niet de leverancier van het gehuurde voertuig en verzekert dan ook geen enkele waarborg hiervoor. Geen enkel verhaal mag tegenover de verhuurder uitgevoerd worden m.b.t. het gehuurde voertuig. Bij nietbruikbaarheid van dit voertuig, om welke reden ook (onder meer, doch niet uitsluitend: beschadiging, averij, staking of oproer, herstelling of onderhoud, gebrek aan bruikbaarheid, technische gebreken), mag de huurder geen vermindering van de huur noch vergoeding eisen. De verhuurder is niet aansprakelijk tegenover de huurder of enige derde, onder meer in geval van:

  1. verliezen of  schade, welke dan ook,  door om het even wie geleden, welke rechtstreeks of onrechtstreeks  voortvloeien uit de bewaring of het gebruik van het gehuurde voertuig,
  2. enig defect of zichtbaar dan wel verborgen gebrek aan het gehuurde voertuig.

De verantwoordelijkheid tegenover derden omwille van het functioneren van, het gebruik van, en het toezicht over het gehuurde voertuig wordt uitsluitend gedragen door de huurder, ook indien de schade veroorzaakt werd door een (verborgen) gebrek aan het voertuig.

De verhuurder draagt aan de huurder alle rechten over die hij, op het vlak van aansprakelijkheid m.b.t. het gehuurde voertuig, zou kunnen hebben tegenover de leverancier of de fabrikant van het gehuurde voertuig. Dienvolgens vrijwaart de huurder de verhuurder voor elk verhaal uit hoofde van het gehuurde voertuig dat tegen haar zou worden uitgeoefend, zo onder meer: de constructiewijze, het bezit of het gebruik van het voertuig, elk verhaal inzake octrooien of licenties, gebreken, e.d. Zelfs indien de uitoefening  van die rechten  leidt tot de ontbinding van de koopovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 1.2. van deze algemene voorwaarden, blijft de huurder gehouden tot betaling  van alle nog verschuldigde huurgelden, die ingevolge de ontbinding van de koopovereenkomst alleszins onmiddellijk opeisbaar  worden. 

ARTIKEL 20 – VERANDERING AAN HET GEHUURDE VOERTUIG

20.1         De huurder zal geen technische wijzigingen, noch accessoires aan het voertuig aanbrengen, noch enige vorm van reclame of belettering aanbrengen aan of op het voertuig zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de verhuurder, die zich het recht voorbehoudt deze toestemming te weigeren, bijvoorbeeld wanneer volgens diens discretionaire mening de voorgenomen technische wijzigingen, accessoires, reclame, of belettering de waarde van het gehuurde voertuig in negatieve zin zouden beïnvloeden.

20.2         Indien dergelijke voorafgaande en schriftelijke toestemming bekomen wordt, zullen de technische wijzigingen, de accessoires, dan wel reclame of belettering op kosten en verantwoordelijkheid van de huurder uitgevoerd of aangebracht worden in overeenstemming met de normen van de constructeur, en zal hij zelf instaan voor alle fiscale, administratieve, of verzekeringstechnische gevolgen.

20.3         De aangebrachte wijzigingen, accessoires, reclame of belettering worden van rechtswege en zonder vergoeding eigendom van de verhuurder, behoudens andersluidend beding. De huurder is aansprakelijk voor alle schade of nadelige gevolgen die hun oorzaak vinden in de aangebrachte technische wijzigingen, accessoires, reclame of belettering.

20.4         De verhuurder heeft het recht om bij het al dan niet voortijdige einde van de overeenkomst te eisen dat de huurder  het voertuig op eigen kosten in de oorspronkelijke staat zou herstellen met uitzondering van hetgeen door ouderdom of overmacht is teniet gegaan of beschadigd.

ARTIKEL 21 – LAADPUNT

21.1         In de mate het gehuurde voertuig een elektrisch voertuig betreft en de huurder hiervoor geopteerd heeft, zal de verhuurder, op aanduiding van de huurder, ook instaan voor de aanschaf van een Laadpunt. Het Laadpunt zal door de leverancier ervan worden geïnstalleerd op het adres van de huurder en er aan hem ter beschikking worden gesteld. De verhuurder is niet verantwoordelijk voor een eventuele vertraging in de levering en/of installatie van het Laadpunt. De huurder verbindt er zich toe dit Laadpunt als een goed huisvader te gebruiken. De verhuurder blijft eigenaar van het Laadpunt gedurende de looptijd van het contract en doet afstand van zijn  eigendomsrechten op het Laadpunt na beëindiging van het contract, ongeacht de wijze waarop deze beëindiging plaatsvindt.

21.2         In geval van een vroegtijdige beëindiging van het contract, ongeacht de oorzaak hiervan, maar met uitzondering van een totaal verlies van het Laadpunt als gevolg van ongeval, brand of diefstal, is de verhuurder gerechtigd de nog af te betalen waarde van het Laadpunt mee te nemen in de berekening van de verbrekingsvergoeding zoals omschreven in artikel 10. Deze nog af te betalen waarde zal tevens verschuldigd zijn in het geval van verkoop van het onroerend goed, waar het Laadpunt is geïnstalleerd.

21.3         De huurder dient zijn burgerlijke aansprakelijkheid of deze van andere gebruikers die wordt opgelopen door het gebruik van, het bezit van en/of toezicht op het Laadpunt zelf te verzekeren.

Hij dient tevens het Laadpunt te verzekeren voor brand, water, stormschade, milieuschade, natuurrampen, diefstal.

21.4         De bepalingen van artikel 19 van onderhavig contract zijn tevens van toepassing op het Laadpunt.

ARTIKEL 22 : BRANDSTOF- EN/OF LAADBEHEER

ALGEMEEN

22.1         De huurder heeft recht op de dienstverlening inzake brandstof- en/of laadbeheer voor zover deze dienst als dusdanig opgenomen werd in de bijzondere voorwaarden, dan wel indien deze gedurende de looptijd van onderhavige overeenkomst hieraan middels een bijvoegsel werd toegevoegd, desgevallend na een aanvullend kredietonderzoek vanwege de verhuurder. In dergelijk geval zal de huurder zijn aankopen van benzine, diesel en LPG en/of elektrisch laden, bestemd voor het voertuig dat het voorwerp uitmaakt van deze overeenkomst, laten beheren door de verhuurder.

22.2         De huurder betaalt een maandelijkse provisie voor de toekomstige brandstof- en/of laadaankopen, alsmede een maandelijkse forfaitaire vergoeding voor het beheer hiervan.  De maandelijkse provisie wordt pro rata berekend in functie van het contractueel vastgelegde maximale aantal door de klant  jaarlijks te rijden kilometers, zoals omschreven in de bijzondere voorwaarden, in functie van het door de verhuurder ingeschatte gemiddeld (brandstof)verbruik en van de geldende (brandstof)prijzen. De verhuurder stelt uitsluitend voor het voertuig dat het voorwerp uitmaakt van het onderhavige huurcontract één gecodeerde en beveiligde magneetkaart ter beschikking van de huurder die hem toelaat kosteloos brandstof en/of elektriciteit af te nemen bij de door de verhuurder erkende verkoop- en/of laadpunten.  De mogelijkheid om middels de kaart benzine, diesel en LPG en/of elektriciteit aan te kopen is territoriaal beperkt tot het Belgische grondgebied.  Deze mogelijkheid is tevens beperkt tot een bedrag van 250,00 euro (exc. BTW) per week, behoudens andersluidende overeenkomst tussen partijen. Mits voorafgaand akkoord kan de verhuurder een brandstof- en/of laadkaart ter beschikking stellen die tevens in de andere landen van de Europese Unie bruikbaar is, en die de huurder in voorkomend geval recht geeft op bijkomende diensten. Sommige leveringen in het buitenland kunnen met een door de leverancier vastgelegde commissie verhoogd worden.

22.3         De huurder dient bij elk gebruik van de brandstof- en/of laadkaart de actuele kilometerstand van het voertuig in te voeren.  Het gebruik van de brandstof- en/of laadkaart en de bijhorende code is strikt persoonlijk en vertrouwelijk.  Het bewaren van de kaart op een veilige plaats, en het bewaren van het vertrouwelijk karakter van de code ressorteren onder de uitsluitende verantwoordelijkheid van de huurder.  Het is hem ten strengste verboden de kaart na te maken.  De verhuurder kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor het niet werken van de tankautomaat en/of het laadpunt, voor de eventuele beschadiging van de brandstof- en/of laadkaart door een tankautomaat en/of laadpunt of voor de verkeerd ingevoerde informatie door de huurder.  Indien geen automatische transactie tot stand komt is de huurder gehouden de getankte brandstof, geladen elektriciteit of aangekochte diensten te betalen.  De verhuurder kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor leveringen van onvoldoende kwaliteit.  Indien hieromtrent toch een betwisting ontstaat dient de huurder dit onmiddellijk te kennen te geven in het verkooppunt waar de levering heeft plaatsgevonden.

22.4         De verhuurder heeft het recht de dienst “Brandstofbeheer” en/of “Laadbeheer” over te dragen aan een derde partij.

AFREKENING

22.5         De verhuurder stelt op geregelde tijdstippen, minstens maandelijks, een overzicht van alle middels de brandstof- en/of laadkaart verrichte transacties ter beschikking van de huurder.   Behoudens onmiddellijk en inhoudelijk gemotiveerd schriftelijk protest worden deze gegevens geacht aanvaard te zijn door de huurder, en zullen zij als uitgangspunt genomen worden voor de hieronder beschreven afrekening.  Uiterlijk op het einde van elk kwartaal van het kalenderjaar zal er een afrekening plaatsvinden, en zullen de door de verhuurder betaalde reële aankopen van de huurder verrekend worden met de hem aangerekende provisies.  Het saldo wordt de huurder gefactureerd, dan wel gecrediteerd.

22.6         Telkens wanneer de gemiddelde uitgave gedurende zes opeenvolgende maanden meer dan 20 % afwijkt van de maandelijkse provisie, heeft de verhuurder het recht de provisie dienovereenkomstig aan te passen met een bijvoegsel aan deze huurovereenkomst.

22.7         De eindafrekening betreffende de huurovereenkomst geschiedt ten vroegste op het einde van het kwartaal waarin zij beëindigd werd.  De huurder kan geen aanspraak maken op een interest of op om het even welke vergoeding.  Er wordt overeengekomen dat bij betwisting over geregistreerde verrichtingen de gegevens van de leverancier van doorslaggevende aard zijn.  Het ticket van de elektronische kaartlezer geldt als informatie en is in geen geval bindend.  Het is de huurder niet toegelaten een ticket te ondertekenen dat doorhalingen of overschrijvingen bevat.

OPSCHORTING EN OPZEG

22.8         De verhuurder heeft ten allen tijde het recht het brandstof- en/of laadbeheer op te schorten mits schriftelijke mededeling, bijvoorbeeld in geval van betalingsachterstand. De brandstof- en/of laadkaart dient onmiddellijk aan de verhuurder terugbezorgd te worden bij einde van het huurcontract, wat er ook de oorzaak van mag zijn, alsook na blokkering, opschorting van de dienst en/of onbruikbaarheid van de brandstof- en/of laadkaart.  De teruggestuurde brandstof- en/of laadkaart dient voorafgaandelijk door de huurder onbruikbaar te worden gemaakt.  De huurder verbindt zich ertoe de verhuurder te vergoeden voor alle nadelige gevolgen die zouden voortkomen uit het niet naleven van deze verplichtingen. In dat geval behoudt de verhuurder zich ook het recht voor om de brandstof- en/of laadkaart eenzijdig te blokkeren voor verder gebruik.

22.9         De huurder kan ten allen tijde een einde maken aan de verstrekking van de dienst inzake brandstof- en/of laadbeheer.  Hij dient de verhuurder hiervan per aangetekend schrijven op de hoogte te stellen en hem de onbruikbaar gemaakte brandstof- en/of laadkaart onmiddellijk terug te bezorgen.  Dit doet geen afbreuk aan de verplichting van de huurder om de verhuurder te vergoeden voor de door hem gedane aankopen met deze kaart of voor de nadelige gevolgen n.a.v. het eventuele onrechtmatige gebruik ervan. De afrekening geschiedt conform de hierboven beschreven procedure.  In voorkomend geval zal de huurder een schadevergoeding gelijk aan drie maanden beheersvergoeding verschuldigd zijn.

BLOKKERING VAN DE BRANDSTOF- EN/OF LAADKAART

22.10       De huurder verbindt zich ertoe bij verlies, diefstal, wijziging of namaak van de brandstof- en/of laadkaart de verhuurder hiervan met alle mogelijke middelen onmiddellijk op de hoogte te stellen conform de instructies die vermeld staan in het bestuurdershandboek, en hem te verzoeken over te gaan tot blokkering van de brandstof- en/of laadkaart.  Binnen de 24 uur bevestigt de huurder dit verzoek tot blokkering schriftelijk, waarbij hij melding maakt van het blokkeringsnummer indien dit hem werd medegedeeld. De huurder blijft gehouden tot betaling van alle met de brandstof- en/of laadkaart gedane aankopen tot op het moment van ontvangst, door de verhuurder, van de schriftelijke bevestiging van het verzoek tot blokkering.  De verhuurder heeft het recht een administratieve vergoeding te vragen voor het vervangen van een verloren, gestolen of beschadigde brandstof- en/of laadkaart.

ARTIKEL 23 – DIEFSTAL, BRAND OF ONGEVAL MET ALS GEVOLG DE TOTALE ONBRUIKBAARHEID VAN HET GEHUURDE VOERTUIG

23.1         Zo het voertuig onbruikbaar wordt door een totaal verlies, welke er ook de oorzaak van is, toeval of overmacht inbegrepen, neemt onderhavig contract automatisch een einde op datum van voorval.  In deze gevallen kan de huurder geen enkel recht tot vergoeding laten gelden en zal hij de ontbindingsvergoeding zoals omschreven in artikel 10 verschuldigd zijn. deze ontbindingsvergoeding terug te betalen dat niet gedekt werd door De huurder verbindt er zich dan ook toe aan de verhuurder het bedrag van de schadeloosstelling van de verzekering van het voertuig.

23.2         Bij totaal verlies verbindt de huurder er zich toe aan de verhuurder alle documenten en bescheiden van het voertuig terug te bezorgen, onder meer doch niet uitsluitend : het inschrijvingsbewijs (Luik A), het gelijkvormigheidsattest, het onderhoudsboekje, de documenten van de technische controle, alle sleutels evenals de code van de radio en van het alarmsysteem.

23.3         Bij diefstal zal de huurder aan de verhuurder het origineel attest van aangifte diefstal van de nummerplaat bezorgen evenals alle resterende sleutels van het voertuig.

23.4         Elke schade, boete of verlies van welke aard ook, te wijten aan het niet naleven van deze bepalingen, blijft integraal ten laste van de huurder.

ARTIKEL 24 – WIJZIGINGSBEDING

De verhuurder behoudt zich het recht voor huidige algemene voorwaarden te wijzigen. Deze wijzigingen betreffen standaard- of door de wet opgelegde wijzigingen en zullen schriftelijk aan de huurder worden meegedeeld. Zij treden in werking op de datum vermeld in deze mededeling.

Bij fundamentele wijzigingen (zoals prijs en bijzondere voorwaarden) zal de huurder worden gecontacteerd voor verdere afstemming, behalve in het geval vermeld in artikel 4.2. De huurder kan geen wijzigingen aan huidige algemene voorwaarden aanbrengen dan mits uitdrukkelijke schriftelijke instemming van de verhuurder.

ARTIKEL 25 – BEVOEGDHEID – GEKOZEN WOONPLAATS

25.1         Alle betwistingen betreffende onderhavig contract vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de rechtbanken van de maatschappelijke zetel van de verhuurder.  Deze laatste kan nochtans afstand doen van deze bevoegdheidsclausule en de huurder en de borgsteller(s) dagvaarden vóór de krachtens het gemeen recht territoriaal bevoegde rechter. Onderhavig contract is onderworpen aan de Belgische wetgeving.

25.2         Partijen en borgsteller(s) kiezen woonplaats op de in onderhavig contract vermelde adressen, gekozen woonplaats waar alle akten en exploten geldig zullen betekend worden. De verhuurder houdt zich nochtans het recht voor deze betekeningen te doen op het laatste adres van de huurder of de borgsteller(s) waarvan hij kennis kreeg. De huurder en de borgsteller(s) verbindt(den) er zich toe om iedere wijziging van zijn (hun) wettelijke woonplaats zonder verwijl te betekenen aan de verhuurder. Alle kosten die te wijten zijn aan de niet-naleving van deze verbintenis vallen ten laste van de huurder.

ARTIKEL 26 -BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER

26.1         In het kader van deze overeenkomst worden de persoonsgegevens van de huurder en zijn  borgsteller(s) verwerkt door de Daimler Truck Financial Services Belgium N.V., Tollaan, 68 1200 Brussel, als verantwoordelijke voor de verwerking (hierna“verwerkingsverantwoordelijke”). Deze persoonsgegevens betreffen onder meer identificatiegegevens (kopie ID) en contactgegevens, financiële gegevens en gegevens ivm schadeverleden. De doeleinden van deze verwerking zijn het beheer van het krediet aan het cliënteel en het nakomen van de verplichtingen onder deze overeenkomst, het communiceren en corresponderen met het cliënteel, het verlenen van medewerking aan overheidsinstellingen of andere publieke autoriteiten, het verifiëren van de identiteitsgegevens van het cliënteel, het debiteuren- en geschillenbeheer en de analyse en profilering ter verbetering hiervan, de preventie van fraude of andere criminele activiteiten, het beheer en de verbetering van interne procedures en systemen, de verbetering van de veiligheid van het netwerk en marktonderzoek ter verbetering van diensten en producten. Deze gegevens kunnen gedeeld worden met andere entiteiten binnen de Daimler Truck groep, publieke autoriteiten, dienstverleners, tussenpersonen en onderaannemers, zoals clouddienstverleners, reclamebureaus, administratieve dienstverleners, incassobureaus, risico- en kredietanalysten en andere derden die diensten aan de verhuurder verlenen. Deze verwerkingen zijn gegrond op, al naargelang het geval, de voorbereiding en uitvoering van deze overeenkomst, de gerechtvaardigde belangen van de verwerkingsverantwoordelijke of een derde partij (zoals de interne administratie, het voorkomen van fraude, etc.) en de naleving van wettelijke verplichtingen. Indien de verwerking betrekking heeft op de persoonsgegevens van derde partijen die door de huurder aan de verhuurder(moeten) worden meegedeeld (bijvoorbeeld vertegenwoordigers, (moeten) worden meegedeeld (bijvoorbeeld vertegenwoordigers, zijn voor het verkrijgen van de nodige toestemmingen en/of het meedelen van de nodige informatie m.b.t. het gebruik en het verwerken van deze gegevens door de verhuurder voor de gedefinieerde doeleinden, alsook voor de conformiteit van deze gegevens met de toepasbare regelgeving.

26.2         Voorts wordt de huurder  eveneens op de hoogte gebracht van het feit de dat het gehuurde voertuig uitgerust wordt met een systeem van geolokalisatie in het kader waarvan voertuiglocatiegegevens verzameld en verwerkt worden. De voertuigfabrikant of verleners van de telematicadiensten die in het voertuig zijn geïnstalleerd (vb.Fleetboard)  kunnen gegevens met betrekking tot het voertuig en de locatie ervan aan de verhuurder overdragen met als doel het voertuig te recupereren gedurende of bij de beëindiging van de overeenkomst en dit in alle gevallen die een dergelijke recuperatie noodzakelijk maken, zoals wanneer de huurder het gehuurde voertuig niet inlevert na de beëindiging van het contract of na hiertoe te zijn aangemaand, of bij aanwijzingen dat het gehuurde voertuig te koop wordt aangeboden of reeds is of zal worden vervreemd en/of verkocht. Een dergelijke verwerking is gebaseerd op het gerechtvaardigd belang dat de verhuurder heeft bij het beschermen en recupereren van het gehuurde voertuig. In datzelfde kader heeft de verhuurder tevens een gerechtvaardigd belang  om deze voertuig- en locatiegegevens te verstrekken aan serviceverleners, die zijn ingehuurd om het gehuurde voertuig terug te halen evenals aan gerechtelijke instanties.

26.3         Tenslotte maakt de verhuurder deel uit van de Daimler Truck Groep, een internationale onderneming, en is deze gehouden om op regelmatige tijdstippen te controleren of de commerciële en contractuele partners voldoen aan de internationale toepasselijke wetgeving, zoals, zonder dat deze opsomming beperkend is, de Wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties, de Wet van 13 mei 2003 inzake de tenuitvoerlegging van de beperkende maatregelen die genomen worden door de Raad van de Europese Unie ten aanzien van Staten, sommige personen en entiteiten en het Koninklijk besluit van 28 december 2006 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen de financiering van het terrorisme. De verantwoordelijke voor de verwerking van de gegevens met het oog op het naleven van internationale toepasselijke wetgeving zoals hiervoor uiteengezet is Daimler Truck AG, c/o Daimler Truck Financial Services, Tollaan 68, 1200 Brussel.

26.4         Het verstrekken van de persoonsgegevens vermeld in artikel 26.1 is een noodzakelijke voorwaarde om de overeenkomst te sluiten. De persoonsgegevens worden bewaard zo lang als nodig is voor de, in artikelen 26.1 t/m 26.3, beschreven doeleinden, en in ieder geval voor een periode van tien jaar vanaf de beëindiging van de overeenkomst, die overeenstemt met de toepasselijke verjaringstermijn.

26.5         De verstrekte persoonsgegevens kunnen worden overgebracht naar landen buiten de Europese Economische Ruimte (EER). Dit kan bijvoorbeeld plaatsvinden wanneer een van de bedrijven binnen de groep, waartoe de verwerkingsverantwoordelijke behoort, is opgericht in een land buiten de EER of wanneer een of meer van de servers van de verwerkingsverantwoordelijke of die van een dienstverlenende derde zich in een land buiten de EER bevinden. In dit geval zal de verwerkingsverantwoordelijke zorgen voor passende waarborgen door toepasselijke wetgeving inzake gegevensbescherming. De betrokkenen kunnen een kopie krijgen van deze waarborgen of ze raadplegen door daartoe een gedagtekend en ondertekend verzoek aan de verwerkingsverantwoordelijke te richten samen met een bewijs van identiteit.

26.6         Onder de voorwaarden bepaald in de toepasselijke wetgeving inzake gegevensbescherming, hebben betrokkenen  het recht de verwerkingsverantwoordelijke te verzoeken om inzage van en rectificatie of wissing van de persoonsgegevens of de beperking van de verwerking, alsook het recht tegen de verwerking bezwaar te maken en het recht op gegevensoverdraagbaarheid. Deze rechten kunnen uitgeoefend worden door daartoe  een gedagtekend en ondertekend verzoek aan de verwerkingsverantwoordelijke te richten samen met een bewijs van identiteit.

26.7         De betrokkenen  worden er eveneens van op de hoogte  gebracht dat zij de mogelijkheid hebben om  klacht in te dienen bij de Belgische Gegevensbeschermingsautoriteit, Drukpersstraat 35, 1000 Brussel, contact@apd-gba.be, www.gegevensbeschermingsautoriteit.be. 

ENKEL VOOR CONTRACTEN VAN FINANCIERINGSHUUR

26.8         Overeenkomstig de Wet van 08/07/2018 betreffende o.m. de organisatie van een Centraal Aanspreekpunt van rekeningen en financiële contracten, worden de klanten eveneens op de hoogte gebracht van het feit dat hun persoonsgegevens, alsook de gegevens van de door hun afgesloten contracten éénmaal bij de aanvang van het contract en éénmaal bij de beëindiging ervan worden overgemaakt aan een Centraal Aanspreekpunt (”CAP”) en aldaar worden geregistreerd (doeleinde van de verwerking: verzamelen van informatie over de rekeningen en financiële contracten die in België bestaan in een unieke gestructureerde database, ten einde deze informatie snel ter beschikking te stellen van de overheden, personen en organismen die, overeenkomstig de voorwaarden bepaald in de wet, gemachtigd zijn informatie aan te vragen en te gebruiken in het kader van hun opdrachten van algemeen belang, o.m. de controle en de inning van fiscale en niet-fiscale ontvangsten, de opsporing en vervolging van strafrechtelijke inbreuken en de bestrijding van het witwassen van geld en van de financiering van het terrorisme en de zware criminaliteit)

Dit Centraal Aanspreekpunt wordt gehouden door de Nationale Bank van België (NBB), gevestigd in de Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel, afdeling/dienst “Centraal Aanspreekpunt”.

26.9         De klanten hebben het recht bij de Nationale Bank van België inzage te bekomen van de gegevens die door het CAP op hun naam zijn geregistreerd, mits zij, aan deze laatste, een gedagtekende en ondertekende aanvraag richten, samen met een recto-verso kopie van een officieel identiteitsdocument en/of volmacht.

In voorkomend geval zijn zij eveneens gerechtigd om, mits een soortgelijke schriftelijke aanvraag gericht aan onze diensten en vergezeld van de nodige stavingstukken, kosteloos de rechtzetting of verwijdering te vragen van onjuiste gegevens die op hun naam zijn geregistreerd bij het CAP.

Deze onjuiste gegevens zullen worden verwijderd en/of aangepast en desbetreffende wijzigingen zullen onverwijld aan het CAP worden meegedeeld.

26.10       Het CAP bewaart de betrokken gegevens maximaal 10  jaar:

1) vanaf de afsluitingsdatum van het laatste kalenderjaar waarin nog identificatie gegevens werden meegedeeld;

2 )vanaf de afsluitingsdatum van het kalenderjaar waarin de rekening/het contract afgesloten of beëindigd werd voor wat de gegevens van rekeningen/contracten betreft.

ARTIKEL 27 – EXONERATIE

De verhuurder kan op grond van onderhavige overeenkomst op generlei wijze contractueel, of  buitencontractueel enige aansprakelijkheid dragen, behoudens voor zijn eigen zware fout, of voor de zware fout, het opzet, of het bedrog van aangestelden, uitvoeringsagenten of andere derden waarop hij voor de uitvoering van zijn essentiële verbintenissen  beroep doet. In die optiek is de verhuurder niet aansprakelijk voor o.m. de schade die zou worden veroorzaakt door gebreken aan het gehuurde voertuig en/of het laadpunt of het slecht uitvoeren van onderhouds-of herstellingswerkzaamheden.

Juni 2022